Dat wijst onderzoek van ProRail, NS en de Duitse spoorvervoerder en -beheerder DB Fernverkehr en DB Netze uit, in opdracht van staatssecretaris Van Veldhoven van verkeer. Voor de komende jaren zien de spoorbedrijven op de andere trajecten via Arnhem en Zwolle geen echte mogelijkheden voor een snellere verbinding van de internationale intercity. 

De reis met de intercity naar Berlijn kan volgens het onderzoek vanaf 2025 wel een half uur korter worden door inzet van nieuwe en snellere treinen, verandering in de dienstregeling en aanpassing van het spoorwegnet en stations. Met ingang van volgend jaar kunnen vijf treinen per dag richting Berlijn al tien minuten tijdwinst boeken.

Mogelijk komen de alternatieve routes via Arnhem en Zwolle na 2030 wel weer in beeld. Daarvoor wordt bekeken of grote investeringen in het spoorwegnet en forse wijzigingen in de dienstregeling mogelijk zijn. 

Omdat het aantal reizigers op de internationale trein vorig jaar met 16 procent toenam en komende jaar nog sterkere groei wordt verwacht, wil de staatssecretaris onderzoeken of de ic-verbinding sneller kan worden en of er meer en andere opstapplaatsen aan zijn toe te voegen. De internationale trein dient met zijn diverse haltes voor veel reizigers ook als binnenlandse intercity, waardoor de mogelijkheden volgens de spoorbedrijven beperkt zijn om de reistijd te bekorten.

De treinreis Amsterdam-Berlijn duurt nu 6 uur en 22 minuten, en biedt daarmee niet genoeg concurrentie voor de snellere vliegverbinding. Onderweg doet de intercity nu onder andere Hilversum, Amersfoort, Apeldoorn, Deventer, Almelo, Hengelo en Bad Bentheim aan.