De jeugd blaast een vastenavenddeuntje mee: ‘Komt bij mij pas na paar pilsjes, maar jullie kunnen het zonder’

Dit jaar bestaat de stichting Vastenavend 7x11 jaar. Een cadeautje waard, vindt  Kolping’s Zonen, ook wel De Sjefkes genoemd. Ze besloten 77 jonge muzikanten op te trommelen voor de grootste jeugddweilband ooit. Corona zorgde ervoor dat het zo ver nog niet is, maar maandag kon er al wel een begin gemaakt worden.

Jonge muzikanten repeteerden vanaf 18.00 uur in kleine groepjes hun eerste nummer: Ei dèèr kom Steketee weer aan. Nog best moeilijk, vond Dylan (8). ,,Maar ik kan al een beetje trompet spelen, dus dat helpt.” Om 19.00 haakten de kinderen aan bij het Klein Orkest en onder begeleiding van Ankie Loos speelden zij gezamenlijk hun liedje. ,,Een beetje meer vastenavendschwung erin”, riep Loos. ,,Bij mij komt dat meestal na een paar pilsjes, maar jullie kunnen het zónder.”  

Het bijzondere orkest kreeg ook een bijzonder publiek. Prins Wannes kwam langs met zijn gevolg. Frans Touw ontving hem. ,,Deze jongelui zijn niet besmet door het coronavirus, maar door het vastenavendvirus. Ze hebben al maanden de kriebels", vertelde hij Wannes III. ,,Nu mag jij je cadeau alvast uitpakken, volgend jaar spelen we mee in de intocht en optocht.” 

De prins kwam niet alleen om te luisteren, maar dirigeerde vrolijk mee, terwijl Steketee en de Nar de tamboerijn ter hand pakten en de Gròòtste boer op de grote trom sloeg. ,,Ik heb geteld: er was gineen valse noot", zei de prins na afloop. Steketee was zo onder de indruk van het muzikaal presentje, dat hij beloofde dat de jeugddweilband volgend jaar met hem mee mag lopen om tijdens de intocht de prins van het station te halen. ,,En dan loop ik voorop.”