Miljoenennota: wat merk jij ervan in je portemonnee?

De meeste huishoudens gaan er volgend jaar iets op vooruit, mede door het uittrekken van 1,1 miljard euro door het kabinet ter verbetering van de koopkracht. Volgens het Nibud, het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting, zullen er geen schokkende veranderingen zijn: in het gunstigste geval ga je er 40 euro per maand op vooruit, maar in sommige gevallen gaan mensen er tot 24 euro op achteruit. Dat geldt bijvoorbeeld voor mensen die vervroegd met pensioen zijn gegaan. Volgens het kabinet stijgt de koopkracht van ongeveer 90 procent van de Nederlanders.

Huishoudens met een relatief laag inkomen - denk aan AOW- of een bijstandsuitkering - gaan er met name op vooruit door de hogere zorg- en huurtoeslag.

Verder gaat er 100 miljoen euro naar kinderen uit arme gezinnen. Dat geld kunnen ze bijvoorbeeld gebruiken voor de financiering van een schoolreisje of sportmateriaal.

Voor het eerst sinds de invoering van het eigen risico in de zorg in 2008 stijgt het bedrag niet. Ook volgend jaar betalen verzekerden de eerste 385 euro voor zorg uit het basispakket uit eigen zak. Het basispakket wordt iets uitgebreid.

De maandelijkse premie voor de zorgverzekering is ongeveer 3,50 euro hoger dan vorig jaar: volgens het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kost de gemiddelde premie 103 euro per maand.

Verder gaat de eigen bijdrage die ouderen en zieken betalen voor hulp en ondersteuning door de gemeenten voor iedereen omlaag. Met name alleenverdieners met een chronisch zieke partner gaan hiervan profiteren.

Voor de langdurige zorg aan ouderen, chronisch zieken en gehandicapten komt 200 miljoen euro meer beschikbaar. Dat gaat gepaard met het schrappen van een geplande bezuiniging op dat vlak.

Wie werk heeft, kan zich in 2017 verheugen op een iets hogere inkomensafhankelijke arbeidskorting van maximaal 3.223 euro (bij een inkomen van maximaal 32.444 euro). Dat bedrag is wel iets lager dan het kabinet eerder van plan was. Tegelijkertijd stijgt de maximale algemene heffingskorting naar 2.254 euro (inkomen: 20.000 euro). Beide bedragen mogen belastingplichtigen aftrekken van de verschuldigde belasting. Daar staat wel tegenover dat de tarieven in de tweede en derde schijf van de inkomstenbelasting iets stijgen, naar 40,8 procent.

Werkenden profiteren automatisch het meest van een aantrekkende economie. De inspanningen van het kabinet om zoveel mogelijk groepen te laten meeprofiteren van de koopkrachtstijging slaan daarom vooral neer bij ouderen en minima. De geplande bezuiniging op de ouderenkorting wordt teruggedraaid en neemt zelfs wat toe, tot 1.292 euro voor de inkomens tot 36.057 euro. 65-plussers die een hoger pensioen genieten, moeten genoegen nemen met 71 euro korting.