Zwartspaarders betalen alsnog 900 miljoen belasting

Op de deadline van 1 juli namen nog 1200 mensen het zekere voor het onzekere. Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën toont zich tevreden: 'Dit is een mooi resultaat dankzij de inspanningen van de Belastingdienst.' Het ogenschijnlijke succes geeft echter geen inzicht in het zwarte spaargeld dat niet is opgebiecht. De Belastingdienst weet niet hoeveel mensen de regeling genegeerd hebben, zegt een woordvoerder.

Volgens het ministerie valt op te maken dat de gemiddelde zwartspaarder een half miljoen euro verborgen hield. Deze oppotters betalen daar alsnog 75.000 euro per persoon belasting over. De 12.000 mensen die sinds 2 september met hun spaarpot voor de dag kwamen, hadden daar samen 6 miljard euro inzitten, goed voor een belastingopbrengst van bijna 1 miljard euro. De exacte opbrengst is in de loop van volgend jaar bekend.

Zwartspaarders veelal vijftigplussers
De meeste bekeerlingen zijn boven de vijftig en wilden volgens het ministerie van Financiën 'af van de steen in hun maag'. Volgens een woordvoerder van de Belastingdienst waren mensen tevens geneigd van de regeling gebruik te maken omdat zwartsparen in de toekomst moeilijker wordt. Landen als Luxemburg en Zwitserland, lange tijd veilige havens voor zwart vermogen, heffen hun bankgeheim op. Ook gaat Nederland meer gegevens uitwisselen met belastingdiensten in het buitenland, verzwegen spaargeld moet zo eerder aan het licht komen.

Een boete van 30 procent voor zwartspaarders die tot inkeer komen, was het afgelopen jaar tijdelijk afgeschaft. Per 1 juli geldt die boete weer, volgend jaar gaat deze omhoog naar 60 procent. Wie dus vrijwillig zijn zwarte spaargeld meldt bij de Belastingdienst betaalt dan bovenop de reguliere belasting een boete van 60 procent over zijn spaargeld. Als de Fiod (de fiscale inlichtingendienst) een zwartspaarder op het spoor komt, kan de boete oplopen tot 300 procent. Dat regime gold overigens ook al vóór de inkeerregeling.