Eindhovense bewegingswetenschapper Dennis van Poppel promoveert na 13 jaar onderzoek; ‘Eenmaal een blessure, dan vaker een blessure’
Eddy Jansen
EINDHOVEN – Hij noemt het zijn levenswerk. Dertien jaar hield de Eindhovense fysiotherapeut Dennis van Poppel (43) zich bezig met een onderzoek naar ‘risicofactoren voor hardloopblessures bij recreatieve hardlopers’. Onlangs promoveerde hij aan het Erasmus MC in Rotterdam.
,,De afgelopen jaren zijn steeds meer mensen gestart met hardlopen. De Covid-crisis heeft dit nog eens versterkt omdat veel spelsporters nu niet meer in teamverband mogen sporten en mensen zelfstandig gaan hardlopen.” Van Poppel noemt het een vrij unieke situatie, dat een fysiotherapeut na dertien jaar onderzoek promoveert. ,,In de regio Eindhoven is het een zeldzame hoedanigheid”, zegt hij met gepaste trots.
Databases Van Poppel, als sportfysiotherapeut, manueel therapeut en bewegingswetenschapper werkzaam bij PECE Zorg in Eindhoven, benaderde voor zijn onderzoek tussen 2009 en 2012 zo’n 4000 recreatieve hardlopers bij grote hardloopevenementen in Breda, Rotterdam en Eindhoven. ,,Dat waren marathonlopers, maar ook deelnemers aan de halve marathon, 10 kilometer en 5 kilometer. Met al die gegevens zijn we databases gaan maken en statistieken gaan draaien”.
Hoger risico ,,De prikkel om dit onderzoek te gaan doen was dat veel grote hardloopevenementen in het najaar zijn. Maar ieder jaar zag ik zo net voor de zomerperiode veel hardlopers met blessures in onze praktijk komen: kniekwaaltjes, achillespeesblessures, rugklachten. Dat was opvallend. Bovendien wilde ik proberen te herkennen welke hardlopers een hoger risico lopen om een blessure op te lopen dan andere hardlopers. En, hoe los je dat dan op?”
Veel recreatieve hardlopers trainen onder begeleiding van een trainer in groepjes. Die doen tijdens een training allemaal hetzelfde
Dennis van Poppel
Belangrijke factoren zijn volgens van Poppel de ervaring als hardloper, hoe goed luister je naar je lichaam, hoe is je looptechiek en heb je goede begeleiding van een trainer. ,,Veel recreatieve hardlopers trainen onder begeleiding van een trainer in groepjes. Die doen tijdens een training allemaal hetzelfde: zelfde tempo, vaak zelfde intensiteit. Allemaal op groepsniveau. Maar hoe ga je nu om met die ene hardloper in die groep die een klacht heeft? En net een andere aanpak nodig heeft? Ligt het aan het schoeisel, aan de manier van trainen, aan de voeding?” Eén van de conclusies die van Poppel in zijn onderzoek trekt betreft de begeleiding. ,,Er moet veel meer naar het individu gekeken worden dan naar de groep. Want hardlopers die eenmaal een blessure hebben gehad lopen een groter risico op vervolgblessures. Waarbij knieblessures mijlen ver op nummer één staan”.
Momentopname Van Poppel realiseert zich dat zijn onderzoek een momentopname is. Hij heeft alle 4000 hardlopers destijds een uitgebreide vragenlijst gegeven. Tegenwoordig heb je allerlei apps en platformen als Runkeeper en Strava, die jouw hardloopactiviteiten tot in detail registreren. ,,Als dat er dertien jaar geleden was geweest, had dat mijn onderzoek wel vergemakkelijkt”, geeft Van Poppel toe. ,,Ik denk ook, dat met die hulpmiddelen de uitkomst van mijn onderzoek anders was geweest. Niet schokkend anders, maar wel anders”.
Gratis onbeperkt toegang tot Showbytes? Dat kan!
Log in of maak een account aan en mis niks meer van de sterren.