Drentse heideschapen moeten Oudeland van Strijen ‘redden’

De Drentse heideschapen houden, in tegenstelling tot de vaak geziene Texelse schapen, erg van distels en zuring. Door deze planten in het Oudeland van Strijen op te eten, heeft Staatsbosbeheer de hoop dat het weer ruimte biedt voor andere vegetatie, zoals verschillende klaversoorten, madeliefjes en grassen. Daar komen namelijk veel weidevogels, zoals de kievit en de scholekster, graag op af. De schapen zijn het gebied nu aan het ‘voorbeweiden’, voordat de koeien er in mei op gaan.

,,We willen hier heel graag zoveel mogelijk broedende weidevogels hebben’’, vertelt boswachter Tara Schelling. Samen met het waterschap is Staatsbosbeheer bezig met een plan om de komende drie jaar het natuurgebied qua waterhuishouding weer op orde te krijgen. Tot die tijd wordt met hulpmiddelen als een kudde schapen getracht om het gebied zo goed mogelijk te onderhouden en te herstellen. ,,Dat doen we dus op deze manier. Weidevogels houden van een schraal landschap. Als de begroeiing te hoog is, voelen ze zich niet veilig op een nest te maken.’’ 

Dat het poldergebied soms zo droog is, ligt onder meer aan de veengrond. ,,De afgelopen winter heeft het veel geregend, wat voor dit gebied heel erg goed is’’, weet Schelling. ,,Maar droge veengrond klinkt in, voordat de grond verzadigd is duurt dat wel een tijdje. De zon heeft er nu weer een tijd opgestaan, we zien dat het nu al droger wordt.’’ 

Om ervoor te zorgen dat het perceel waar de schapen nu op staan goed wordt begraasd, staan de schapen dicht op elkaar. Dat heet ‘drukbegrazing’. Wanneer een stuk land genoeg is kaalgegeten, wordt de kudde opgeschoven. Begin april, net voordat de Drentse heideschapen gaan lammeren, zeggen de dieren het Oudeland van Strijen vaarwel.