Schouten zwom een dag eerder in het Rie Mastenbroekbad al een Nederlands record op de 200 meter schoolslag. Met 2.26,95 verbeterde ze de nationale toptijd die elf jaar lang met 2.28,02 op naam stond van Lia Dekker. Schouten bleef zowel in de series als in de finale wel boven de limiet voor de Spelen, die op 2.25,52 staat.

Arno Kamminga, op zowel de 100 als 200 school al zeker van deelname aan de Spelen, zwom zaterdagochtend in de series van de 100 meter naar 58,78. Dat is iets boven zijn Nederlands record van 58,43.

Op de 100 vrij voldeed Stan Pijnenburg met 48,79 aan de limiet voor de EK van komend jaar in Boedapest. Om op deze afstand in aanmerking te komen voor de Spelen, moet hij in de finale 48,52 of sneller zwemmen. Nyls Korstanje (49,06), Kyle Stolk (49,29), Thom de Boer (49,29) en Jesse Puts (49,56) kunnen in de finale ook een poging doen om aan de limiet voor Tokio te voldoen.

Bij de vrouwen dook Ranomi Kromowidjojo in de series met 53,59 opnieuw onder de olympische limiet (53,62). Ze had net als Femke Heemskerk daar eerder al aan voldaan. Heemskerk ontbreekt in Rotterdam omdat ze in quarantaine moest nadat haar man positief had getest op het coronavirus. Op de 50 vrij kostte haar dat al een olympisch ticket, die ze moest afstaan aan Valerie van Roon. Op de 100 vrij bleven de andere zwemsters in de series nog ruim boven de vereiste tijd. Marrit Steenbergen eindigde achter ‘Kromo’ als tweede in 54,18.