Kamer: Nog deze kabinetsperiode extra investeren in Defensie
videoDe Tweede Kamer wil de Defensiebegroting nog deze kabinetsperiode structureel verder ophogen, maar dat mag niet ten koste gaan van andere investeringen. Ook moet het kabinet kijken of de al eerder uitgetrokken extra miljarden voor de krijgsmacht naar voren kunnen worden gehaald.
Hanneke Keultjes en Laurens KokLaatste update:28-02-22, 18:18
Dat blijkt uit een motie die D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma indiende en die is mede-ondertekend door een ruime Kamermeerderheid, waaronder PvdA en GroenLinks. Die laatste partij keerde zich in het verleden nog tegen extra defensieuitgaven.
Minister Kajsa Ollongren van Defensie zei eerder in het debat over de oorlog in Oekraïne al dat zij ‘graag in kaart brengt’ welke ‘extra stappen’ er nodig zijn om de uitgaven aan defensie dichter bij de Navo-norm van 2 procent van het bruto nationaal product te krijgen. ,,De huidige oorlog in Oekraïne laat zien dat de dreigingen reëel en dichtbij zijn.”
Ze wees erop dat het kabinet ‘al een fors been heeft bijgetrokken’ door na decennia van bezuinigingen in het coalitieakkoord vast te leggen dat er structureel 3 miljard euro extra naar de krijgsmacht gaat. Maar, stelde Ollongren ook, ‘de situatie is drastisch veranderd, dat kan ook financiële consequenties hebben’. Nederland kiest daarmee nog niet meteen dezelfde koers als Duitsland, dat heeft beloofd het budget van de krijgsmacht nog dit jaar op te trekken naar de Navo-norm van 2 procent.
EU-lidmaatschap
Premier Mark Rutte zei eerder in het debat dat hij een eventueel EU-lidmaatschap van Oekraïne ziet als ‘een heel langetermijnproces’. Hij reageerde daarmee op Europese Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen, die gisteren stelde al dat Oekraïne ‘op termijn’ welkom is.
,,De wenselijkheid daarvan uitspreken helpt niet bij het oplossen van dit conflict”, zei Rutte tijdens het Kamerdebat over de oorlog in het land. ,,Ons standpunt is dat daar procedures voor zijn. Von der Leyen geeft geschetst hoe zij de lange termijn ziet.”
Op de korte termijn, vindt Rutte, moet er ‘beter worden gekeken’ naar ‘praktische samenwerking’ tussen de EU en Oekraïne. ,,We zijn familie, zitten in zelfde werelddeel, we moeten beter kijken naar hulp.”
Prijs voor vrijheid
Volgens de premier zullen de oorlog in Oekraïne en de sancties die de westerse wereld heeft ingesteld tegen Rusland ook economische gevolgen hebben voor Nederland. ,,Als dat de prijs is voor veiligheid en vrijheid, moeten we bereid zijn die prijs te betalen”, aldus Rutte.
,,Na donderdag is het ondenkbare denkbaar en het onmogelijke mogelijk geworden”, zei hij in een verklaring voorafgaand aan het debat over Oekraïne. Volgens Rutte is het nu niet de ‘tijd voor wankelmoedigheid en terughoudendheid’. ,,We moeten vastberaden en eensgezind optreden.”
In aanloop naar de oorlog heeft de Russische president Vladimir Poetin er volgens Rutte ‘alles aan gedaan om internationale verdeeldheid te zaaien’. ,,Maar hij bereikt het tegenovergestelde”, zei de premier, verwijzend naar de sancties die door onder meer de Europese Unie, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Canada zijn ingesteld. ,,We zijn één in onze afwijzing van deze oorlog. Van een agressor die elke dag nieuwe grenzen overschrijdt en zelfs nucleaire dreiging niet schuwt.”
Lees door onder de video
Ambassadeur
Het debat wordt bijgewoond door de Oekraïense ambassadeur in Nederland, Maksym Kononenko, die voorafgaand aan het debat werd begroet door kabinetsleden en Kamerleden. Kamervoorzitter Vera Bergkamp noemde het ‘een eer’ dat hij aanwezig was. ,,Dit is een kantelpunt in de Europese geschiedenis, een aanval op vrede, veiligheid en democratie.”
Helaas kunnen wij deze social post, liveblog of anders niet tonen omdat het één of meerdere social media-elementen bevat. Aanvaard de social media-cookies om deze inhoud alsnog te tonen.
Regeringspartij VVD vindt dat Nederland daarom in navolging van Duitsland de defensie-uitgaven moet opschroeven. ,,We leveren niet wat de Navo van ons vraagt. Dat kan echt niet meer”, zei VVD-Kamerlid Ruben Brekelmans. Binnen de Navo is afgesproken dat landen ten minste 2 procent van hun bruto binnenlands product aan defensie besteden. Nederland haalt dat percentage - net als veel andere EU-landen - al jaren niet. Brekelmans vindt dat ‘nog deze kabinetsperiode’ het percentage van 2 procent ‘minimaal’ gehaald moet worden.
We leveren niet wat de Navo van ons vraagt. Dat kan echt niet meer
VVD-Kamerlid Ruben Brekelmans
Regeringspartner D66 zei daar niet meteen ‘nee’ tegen, ook al zijn hogere defensie-uitgaven nooit een speerpunt van die partij geweest. D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma zei echter dat er voor zijn fractie ‘geen taboes zijn’. ,,Wij zijn bereid alles te overwegen wat nodig is”, zei hij. Daarbij wees hij er wel op dat in het regeerakkoord is afgesproken dat de uitgaven aan de krijgsmacht tot en met 2025 al zouden stijgen naar 1,8 procent van het bbp. ,,We hebben een enorme inhaalrace ingezet”, aldus Sjoerdsma.
Oppositiepartij SGP, al jarenlang de meest vurige voorstander van hogere defensie-uitgaven, wil dat de daad bij het woord wordt gevoegd. De partij heeft een motie in voorbereiding waarin het defensiebudget uiterlijk in 2024 op 2 procent moet uitkomen. Mocht die worden aangenomen, dan zou het kabinet nog voor 1 juni met een wijziging van de Defensiebegroting voor de komende jaren moeten komen.
Reces onderbroken
De Tweede Kamer debatteert sinds 11.00 uur met premier Rutte en ministers Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken) en Ollongren (Defensie) over de oorlog in Oekraïne.
Het debat zou eigenlijk afgelopen donderdag gevoerd worden, maar toen was de Russische inval in Oekraïne net begonnen. Het kabinet vroeg daarom om uitstel, omdat de meest betrokken bewindslieden continu in overleg zaten met bondgenoten. Daarom wordt nu het voorjaarsreces onderbroken om toch snel over de kwestie te spreken.
Helaas kunnen wij deze social post, liveblog of anders niet tonen omdat het één of meerdere social media-elementen bevat. Aanvaard de social media-cookies om deze inhoud alsnog te tonen.
Afgelopen weekend maakte het kabinet bekend meer wapens aan Oekraïne te leveren. Het gaat om antitankwapens en Stinger-raketten. Daaraan hangt een prijskaartje van 19,8 miljoen euro, zo meldde het kabinet gisteravond laat aan de Tweede Kamer.
Ook schreef het kabinet dat bij de meerdere toetsingscriteria op één punt een negatief oordeel kwam. Daarbij gaat het om de kans dat er ‘een risico’ is op een ‘andere, ongewenste eindgebruiker of ongewenst eindgebruik’, bijvoorbeeld Russische troepen.