Hé redactie, hebben jullie het interview met Omtzigt soms overgeschreven?

Uit onafhankelijk onderzoek van NOM Mediamerken (eind 2020) bleek dat we met al die nieuwsmedia van ADR in totaal 10,5 miljoen lezers en volgers bereiken. In de krant (2 miljoen), online (5,1 miljoen) en de lezers die ons gecombineerd in zowel print als digitaal lezen (3,4 miljoen). Dat totaalbereik is dus nog groter dan het aantal Nederlanders dat we met het AD alléén bereiken: 8,5 miljoen. De Telegraaf volgt daarna met 7,7 miljoen lezers. 

Hoe werkt dat in de praktijk? Al die nieuwsredacties sturen elke dag hun lijstjes met de verhalen die in de maak zijn naar de centrale redactie. Nieuwschefs daar houden die in de gaten en zetten alles in het AD en op AD.nl wat volgens hen iedereen zou moeten weten. Dus het nieuws dat regionaal begint en landelijke allure heeft. Zoals deze week de Nazi-verkleedpartij van jongeren op Urk (de Stentor), de schietpartijen in Rotterdam (AD Rotterdams Dagblad), de beklimming van het nieuwe parlementsgebouw door Greenpeace (AD Haagsche Courant). 

Zomaar een paar voorbeelden. Het is zoals de tv-reclame die je de afgelopen week wellicht voorbij zag komen (regiokrant.nl): je ziet een klein rood balletje (nieuws in de regio) dat heel snel een grote rode bal kan worden (landelijk nieuws). 

De samenwerking werkt ook andersom. Als ADR hebben we bijvoorbeeld een gezamenlijke redactie parlement. Toen CDA-leider Wopke Hoekstra eind vorige week voor het partijcongres een interview gaf aan onze verslaggevers Tobias den Hartog en Niels Klaassen, stond dat niet alleen in het AD, maar ook bij alle andere aangesloten titels. Dus met het bereik van die 10,5 miljoen potentiële lezers. Politici, woordvoerders en anderen in de industrie van nieuws en publiciteit weten dat. Vaak is dat de reden om hun verhaal aan ons te geven, zo zakelijk werkt dat. Dat laatste moeten we ons altijd goed voor ogen houden.