Turken en Koerden zochten op Utrecht CS bewust confrontatie met elkaar

Dat blijkt uit de beantwoording van schriftelijk gestelde vragen door de CDA-fractie. Raadsleden Sander van Waveren en Marloes Metaal stelden daarin dat de demonstranten vervolgd moeten worden, omdat zij reizigers hebben gehinderd en omdat een ‘helder signaal’ moet worden afgegeven dat dergelijk gedrag niet kan worden getolereerd.

Burgemeester Jan van Zanen wil hiertoe echter niet overgaan. Hij wijst erop dat het recht op demonstratie een grondrecht is. ,,De gewelddadigheden kunnen omschreven worden als provocaties met wilde gebaren en fel taalgebruik. De politie is in het kader van het handhaven van de openbare orde tussen de partijen in gaan staan om te voorkomen dat confrontaties zouden ontstaan. Vanwege de verstoring van de openbare orde heeft de burgemeester besloten opdracht te geven de demonstratie te beëindigen. Beide groepen gaven toen aan de situatie vreedzaam te willen beëindigen en de demonstranten vertrokken vrijwillig.’’

Er is één aanhouding verricht. Die betrof een persoon die zich agressief gedroeg tegen de politie. ,,Deze persoon bleek later niet bij één van de twee demonstrerende partijen te horen. Voor zover bekend hebben verder geen strafbare feiten plaatsgevonden.’’

Een groep van ongeveer honderd Koerden demonstreerde die dag tegen het beleid van de Turkse president Erdogan. Diens aanhangers, zo blijkt nu, wisten van hun bedoelingen en meldden zich ook in de stationshal om het tegengeluid te laten horen. De demonstratie werd al na een halfuur afgebroken door de politie.

CDA-fractieleider Van Waveren verklaart naar aanleiding van deze kwestie op Twitter het ‘raar’ te vinden, dat de nieuwe politieke partij DENK in Utrecht pleit tégen het demonstratierecht voor Koerden, ,,maar niks zegt over Turkse tegendemonstranten die (óók zonder vergunning) confrontatie opzochten op Utrecht Centraal’’.

Lijsttrekker Mahut Sungur van DENK, de partij die in Utrecht op woensdag 21 maart voor het eerst meedoet aan de gemeenteraadsverkiezingen, regeerde daarop door te zeggen dat ,,het CDA het kennelijk raar vindt, dat wij pleiten voor een algeheel verbod op demonstraties waar terreurgroepen als ISIS en PKK worden gepropageerd. We zien dat dit overal in Nederland leidt tot confrontaties en verstoringen van de openbare orde’’.

Volgens het Utrechts gemeentebestuur is er goed contact met zowel de Turkse als de Koerdische gemeenschap, en lijkt het erop dat tussen beide groepen in Utrecht minder spanningen bestaan dan elders. Een groot deel van de demonstranten kwam van buiten de stad; zij werden naar station Lunetten geleid waar zij Utrecht weer verlieten.