ASML in Veldhoven levert dit kwartaal 800 miljoen omzet in door coronacrisis

Topman Peter Wennink verklaart dat de impact op de productie van de chipmachinefabrikant vrij beperkt is gebleven en dat de vraag naar chipmachines niet is veranderd. Dat toch de omzet zo fors wordt aangetast wordt volgens hem veroorzaakt door vertraagde leveringen van chipmachines aan bedrijven in Wuhan in China. Ook bij andere klanten ervaart het bedrijf vertragingen in leveringen als gevolg van de restricties in verband met het coronavirus. Als tweede oorzaak zegt het bedrijf dat er enkele problemen zijn geweest met toeleveranciers, die wel weer zijn opgelost. 

Als derde oorzaak van de omzetdaling noemt ASML dat sommige klanten hun EUV-machine juist eerder in hun fabriek willen, om vertraging vóór te zijn. De laatste tests aan de machine worden dan niet in Veldhoven, maar bij de klant gedaan. Omdat daarna pas de machine wordt afgerekend, vallen deze inkomsten niet in het eerste kwartaal, maar pas later.

Bij de presentatie van de jaarcijfers in januari voorspelde ASML nog een omzet van tussen de 3,1 en 3,3 miljard euro. De nieuwe voorspelling komt uit op een omzet tussen de 2,4 en 2,5 miljard euro. Dat is 700 miljoen tot 800 miljoen euro minder. ASML maakt de definitieve cijfers en meer informatie over de impact van het coronavirus op 15 april bekend.

Over de verdere gevolgen van de coronacrisis laat Wennink zich niet uit. „We zijn in staat gebleken om ons werk voort te zetten. Maar zoals veel andere bedrijven en onze klanten zijn we afhankelijk van hoe de uitbraak van het Covid-19 virus zich verder ontwikkelt en hoe de maatregelen daartegen uitpakken. Vanwege de onzekerheden hebben we besloten om voorlopig geen eigen aandelen meer in te kopen.” ASML had dit jaar tot 13 maart al voor 507 miljoen euro aandelen ingekocht om de beurskoers te ondersteunen.

Wennink zegt dat zijn eerste zorg de gezondheid van de eigen werknemers en hun families is. „Ons tweede doel is de continuïteit van ons bedrijf en die van onze klanten, toeleveranciers en partners, zodat we allemaal onze eindmarkten kunnen beleveren.”