Rechtbank legt Schiedammer celstraf op voor vervoer van cocaïne

De 21-jarige Schiedammer werd op 29 november aangehouden met 31,5 kilo cocaïne in zijn auto, terwijl hij dacht dat het hasj was. Van der H. zei tijdens de zitting 'stom te zijn geweest' en 'goedgelovig' te zijn. Hij zou de 'softdrugs' van punt a naar punt b vervoeren en daar 1000 euro voor krijgen. Het Openbaar Ministerie (OM) eiste 3,5 jaar gevangenisstraf.

De officier van justitie vond zijn verklaring niet overtuigend. De verdachte was namelijk erg angstig bij zijn aanhouding, wilde aanvankelijk niet praten en droeg ook een pgp-telefoon bij zich, die vooral worden gebruikt bij harddrugsdeals. Ook reed hij in een auto met verborgen ruimte om, zo legde hij uit, 'geld in te kunnen vervoeren'. ,,Bovendien duidt de hoeveelheid die hij bij zich had op grootschalige drugshandel met gevaar voor de samenleving'', betoogde zij.

De rechtbank is van mening dat, gelet op de voor verdere verspreiding geschikte grote hoeveelheid cocaïne, er niet kan worden volstaan met een andere sanctie dan een gevangenisstraf. Vanwege de jonge leeftijd van de verdachte en het feit dat hij een first offender is, wordt een deel voorwaardelijk opgelegd om hem ervan te weerhouden iets stoms te doen.