Rechter toont begrip: celstraf voor Zutphenaar die doordraaide in het stadhuis

De 31-jarige Zutphenaar zit al sinds die bewuste dag in voorarrest. Dit betekent dat hij zijn straf nagenoeg heeft uitgezeten. De rechtbank legt wel een voorwaardelijke werkstraf van 20 uur op, omdat hierdoor opnieuw een hulpverleningstraject kan worden opgestart. Deze hulpverlening is volgens de rechter ‘essentieel’ voor Henk. Ook zijn hier voorwaarden aan verbonden. Zo geldt een meldplicht bij de reclassering en moet hij begeleid gaan wonen. 

Daarmee wijkt de rechtbank af van de eis die de officier van justitie twee weken geleden neerlegde: tbs met voorwaarden. De rechtbank heeft ‘begrip voor de ontstane frustratie bij de man’. Wel vindt de rechter dat de man zich volstrekt onbehoorlijk tegen de medewerkers van de gemeente Zutphen heeft gedragen. De rechtbank oordeelt dat het alleen bij verbale bedreigingen is gebleven. ‘Op geen enkele wijze blijkt dat de man op dat moment wapens heeft getoond. Daarnaast is de man direct weggegaan, nadat hij werd opgedragen om het gemeentehuis te verlaten.’

Bij de wanhopige Zutphenaar waren op die bewuste dag de stoppen doorgeslagen, nadat hij op het stadhuis in Zutphen was gaan vragen om duidelijkheid over zijn situatie. Henk zat op dat moment al enkele maanden zonder professionele hulp en begeleiding. De behandelrelatie met zorginstelling GGNet was geklapt. De duidelijkheid die hij wenste, kreeg hij ook die ochtend niet, waarna de bom barstte.

Henk riep onder meer: ,,Afghanistan, Michael P., moet ik hier terugkomen met een mitrailleur!’’ Toen hij even later werd aangehouden, bleek bij een gaspistool, een keukenmes en een zelfgemaakt explosief bij zich te hebben. Ook in zijn woning werden nog zelfgefabriceerde explosieven alsook een balletjespistool aangetroffen. De EOD werd opgetrommeld om één en ander onschadelijk te maken.   

De officier van justitie liet twee weken terug merken de wanhoop van Henk ook te zien. ,,Ik zie dat de bureaucratische muur waar hij tegenaan liep dik en hoog was. Ik ben talloze keren heen en weer gegaan tussen een voorwaardelijke celstraf of tbs. Ik kies toch voor het laatste.’’ De rechter gaat daar dus niet in mee. ‘Kijkend naar de context waarin één en ander zich heeft afgespeeld, gaat het opleggen van deze maatregel volgens de rechtbank te ver.’